Interview met jongeren kandidaat – Sebastiaan Rood #13
08 maart 2018Waar komt jouw interesse in de politiek vandaan?
Door omstandigheden ben ik op mijn 17e in de jeugdzorg terecht gekomen. Mijn eerste twee maanden leefde ik in een crisisopvang voor dakloze jongeren, daarna in kamertrainingscentra. Ik heb er moeten vechten voor mijn rechten. Dat lukte me omdat ik gesteund werd door betrokken mensen op mijn middelbare, en omdat ik een doel had: ik wilde er sterker uitkomen en mijn diploma halen.
Ik ben en blijf dankbaar voor alle steun van mijn middelbare school. Zonder hen had ik het niet gered. Ook hielp het dat ik anders binnenkwam dan veel jongeren in de jeugdzorg. Ik was al bijna 18 en ik had perspectief om te gaan studeren. Als je al langer in het systeem zit en met meer tegenslagen te maken hebt, is het blijven stellen van doelen en voor jezelf op blijven komen nog veel moeilijker.
Het gevecht kan ik mensen niet in helpen, maar ik heb mezelf wel als doel gesteld het perspectief van jongeren te verbeteren. Dit wil ik doen door hen handvatten te bieden waar ze steun uit kunnen vinden. Ik gun iedere jongere de steun die ik heb gekregen. Daar is mijn passie voor jongerenrechten ontstaan: ik wil voor jongeren het verschil maken.
Waarom wil je juist in Utrecht de gemeenteraad in?
Omdat GroenLinks in Utrecht het verschil maakt. GroenLinks gaat uit van de mensen, niet het systeem, en brengt zo de menselijke maat terug. Daar wil ik aan bijdragen. Dan denk ik bijvoorbeeld aan huisvesting, want het is echt schandalig dat je bijna negen jaar inschrijftijd nodig hebt om een huis te vinden via Woningnet. Studenten kunnen nog op kamers, maar wat als je geen student bent?
Ik wil graag dat er een echte strategie om huisvesting in de toekomst te garanderen. Een oplossing voor de tussentijd is bijvoorbeeld tijdelijke huisvesting in leegstaande kantoorpanden. Of jongeren die goedkoop in een lege kamer van oudere mensen bewonen, en hen tegelijkertijd ondersteunen. Dat gemixte wonen is echt aan waanzinnig aanvulling van de stad.
Het is belangrijk dat er meer jongeren in de Utrechtse raad komen. De gemeente beslist veel over jongeren, maar raadsleden zijn vaak zelf niet jong. Ik wil dat jongeren worden gehoord in beslissingen die ons aangaan. Ik wil jongeren een stem geven, en in het bijzonder opkomen voor en voor kwetsbare jongeren, zoals jongeren in de jeugdzorg of LHBTQ+-jongeren.
Wat zou jij willen doen voor de LHBTQ+ gemeenschap?
Er is nog een flinke slag te maken om het welzijn van jonge LHBTQ’ers te verbeteren. Jong zijn, je seksualiteit en genderidentiteit ontdekken, en een stabiele plek vinden in zo’n kwetsbare periode is heftig. Wij jonge LHBTQ+ plegen nog steeds 5 keer vaker zelfmoord dan leeftijdsgenoten en daar moet vanuit de gemeente echt een antwoord op komen.
Geen enkele jongere in Utrecht mag vergeten worden. De veiligheid van LHBTQ+-jongeren kan worden verbeterd door meer voorlichtingen. Scholen moeten hier hun verantwoordelijkheid nemen en het COC verdient betere ondersteuning. Ook moet er een jongerencentrum voor LHBTQ+-jongeren komen, waar je altijd terecht kan.
Ik ben zelf barman in de Bodytalk en ook Café Kalff is een fijne plek, maar het zijn wel kroegen. Wat als je overdag behoefte hebt aan een gesprek, of geen kroegtijger bent? Mijn wens voor Utrecht is dat er overdag een plek in Utrecht komt waar jongeren écht jezelf kunnen zijn en elkaar kunnen ontmoeten, zoals The Hangout 020 in Rotterdam.
Welke band heb jij met Utrecht?
Ik ben geboren en opgegroeid in Hilversum, en Utrecht was wel altijd de grote stad waar ik graag naartoe ging, bijvoorbeeld naar het Spoorwegmuseum. Vroeger ging ik ook vaak met mijn opa op zaterdag naar De Utrechtse Bazaar. Om negen uur ’s ochtends zaten we dan al aan de patat, tot frustratie van mijn moeder.
Utrecht is ook de plek waar ik mijn eerste vriendje leren kennen, bij de oude locatie van Tivoli aan de Oudegracht. Dat was bij Pann, een maandelijks heterovriendelijke homojongerenfeest dat nog steeds bestaat. Het voelde als een veilig eerste feestje waar ik echt mezelf kon zijn. We namen dan de nachttrein naar Utrecht en gingen om vijf uur ’s ochtends met de eerste trein weer terug naar Hilversum.
Sinds 2010 studeer ik in Utrecht, en al vier jaar woon ik op De Uithof. Het is een stukje fietsen, en ooit zou ik graag verhuizen naar een plek dichter bij de binnenstad. Maar aan de rand van de stad wonen heeft ook z’n voordelen. Je gooit de deur open en je hebt natuur, ruimte en vrijheid. En het is betaalbaar. Ik prijs me gelukkig dat ik goed woon in Utrecht, want dat is geen gegeven.
Hoe ben je actief geworden bij DWARS?
Ik ging studeren en wilde iets met politiek gaan doen. Mijn eerste aanraking met DWARS en GroenLinks was eerste keer was tijdens een thema-bijeenkomst over geloof in de Jacobikerk. GroenLinks had daar echt een goed verhaal. En wat mij toentertijd erg aansprak: de mensen lieten me heel vrij toen ik vertelde dat ik erover dacht lid te worden.
Mij werd aangeraden om vooral ook rond te kijken. Als de GroenLinks dan bij me paste, was ik van harte welkom! Ik voelde me thuis en werd lid. Toen wild ik ook actief worden, en nadat ik twee fractievergaderingen uit nieuwsgierigheid bij GroenLinks Hilversum bijwoonde werd ik aangenomen als ik fractiemedewerker. Door actief te zijn bij DWARS en GroenLinks heb ik veel kunnen leren.
Namens de Federation of Young European Greens (FYEG) zit ik nu in het bestuur van het European Youth Forum, waar we alle jongeren vertegenwoordigen op Europees niveau. Mijn onderwerpen zijn anti-discriminatie, klimaatbeleid en financiën. De inhoudelijke prioriteiten passen perfect, en met een begroting van 4,2 miljoen is financiën is ook die post een leuke uitdaging.
Wat leer je van het European Youth Forum en jongerenactivisme in het algemeen? En wat denk je hiervan mee te kunnen nemen in de Raad?
We helpen Europese jongeren(organisaties) bij hun inzet, bijvoorbeeld voor bij de VN Klimaatconferentie. Juist op een ondersteunende manier kan je soms de meeste impact hebben. Wanneer je een stapje terug doet en andere activisten in hun kracht zet, kan je soms het meeste bereiken.
Dat is ook een vaardigheid die ik meeneem naar de raad: mensen met elkaar weten te verbinden. Er zijn zoveel organisaties en iedereen wil wat anders. Maar als je een gemeenschappelijk belang weet te creëren waar iedereen achter staat, en waar ze hun energie gezamenlijk op richten, kan je echt tot actie overgaan.
Ook de kennis die ik internationaal heb opgedaan kan ik lokaal toepassen. Vanuit de Raad van Europa zijn veel rechten van jongeren op lokaal niveau erkent. Maar weinig mensen weten dat dat hier verklaringen over bestaat. Ik kan direct zeggen: jongeren hebben dat recht, hoe gaan we het regelen. Je staat zoveel sterker wanneer je je kan wapenen met kennis over erkende rechten, je kan zo een stap overslaan en bedenken hoe je iets gaat regelen, niet óf.
Ten slotte, welke politieke les heb jij geleerd en hoe helpt jouw dat het verschil te maken?
Ik heb geleerd dat je soms wat meer met de stroom mee moet gaan en iets moet uitproberen voordat je zegt dat iets niet werkt. Als je iets een kans geeft en het blijkt inderdaad te werken, hoef je niet opnieuw het wiel uit te vinden. En als het inderdaad niet werkt kunnen mensen ook niet zeggen dat je het niet hebt geprobeerd.
Als je een beetje meebeweegt zijn mensen ook meer bereid om te zien waar jij vandaan komt. Wanneer je je aansluit bij een partij achter wiens idealen je inhoudelijk al staat, en die al sterk is, kan je door samenwerken je eigen accenten beter over het voetlicht brengen. Voor mij zijn die focusgebieden jongeren en onderwijs, internationaal en duurzame ontwikkeling, en LHBTQ+-rechten.
Je kan die thema’s meenemen in alle onderwerpen die je voor de kiezen krijgt. Zelfs riolering heeft misschien wel een jongerendimensie. Mijn passie voor deze onderwerpen staan allemaal in het teken van een bredere mensenrechtendimensie: geen enkele groep staat boven de andere en geen enkele groep mag vergeten worden. Jongeren worden nog te vaak vergeten, en ik hoop op jouw steun om daar verandering in te brengen!