In aanloop naar de verkiezingen ben ik in gesprek gegaan met Tweede Kamerleden van GroenLinks. Laura Bromet staat momenteel op nummer vier op de kieslijst van GroenLinks. Bromet houdt zich bezig met de onderwerpen Landbouw, Natuur & Voedselkwaliteit, Water en Economische zaken.

‘Wat wel vaker het geval is met GroenLinks, is dat wij het al zien, maar dat andere partijen nog moeten wennen aan het idee.’

Laura Bromet is net 51 jaar geworden, en heeft vier kinderen tussen de 12 en 23 jaar oud. Ze was acht jaar gemeenteraadslid, vier jaar wethouder, en nu Tweede Kamerlid. Eerst werkte zij in het familiebedrijf van haar vader waar ze televisieprogramma’s maakten. Bromet ging zich met van alles bemoeien in haar eigen dorp en hierdoor kwam zij al gauw bij de gemeentelijke overheid terecht. Ze is uiteindelijk gevraagd door GroenLinks om in de gemeenteraad te komen en dat was het begin van haar politieke carrière. In de tijd dat zij raadslid was heeft ze gewerkt als beleidsmedewerker in de Tweede Kamerfractie van GroenLinks, op het dossier landbouw: “De keuze om de politiek in te gaan heeft mijn leven heel erg veranderd, en daar ben ik heel positief over.”

Na het werken als journalist, redacteur en docent maakte u in 2005 de stap richting de politiek. Bent u sinds u in de politiek werkt anders over dingen na gaan denken?
“Ik heb altijd mijn hele leven al gehad dat ik het gevoel had van, waar heb ik nou zo veel geluk aan verdiend? Dat je in zo’n rijk land geboren wordt, een leuk gezin hebt, welvarend opgroeit, je kan kiezen wat je zelf wilt gaan studeren. Ik dacht: ik heb zoveel geluk en ik wil eigenlijk iets terug doen voor al dat geluk. Eigenlijk sinds ik in de politiek zit heb ik ook het gevoel dat iets terug kán doen. Want je doet het niet voor jezelf: je doet het voor de samenleving en vanuit je idealen, echt de GroenLinks idealen.”

Waarom koos u GroenLinks als partij?
“Ik vind GroenLinks een partij die opkomt voor de waarden die zichzelf niet kunnen verdedigen. Het grote geld zorgt wel voor zichzelf, maar de natuur kan niet voor zichzelf opkomen. De natuur moet het dus hebben van de politiek. Dit geldt ook voor de zwakkeren in de samenleving, dat is het linkse van GroenLinks.

Ik voel mij op-en-top GroenLinkser, al heb ik wel lang moeten nadenken voordat ik bij GroenLinks kwam. Ik werd gevraagd om in de gemeenteraad te komen voor GroenLinks, en ik was in die tijd nog geen lid van een politieke partij. Ik dacht: ja, dan ga je bij zo’n partij en dan krijg je zo’n stempel op je hoofd van GroenLinks. Als iemand anders van GroenLinks dan iets geks doet, dan ben jij daar ook een beetje verantwoordelijk voor. Uiteindelijk heb ik toch gedacht, ik waag de sprong, ik word lid van GroenLinks en ga namens GroenLinks in de gemeenteraad. Dat is mij eigenlijk helemaal niet tegengevallen. En ja, ik voel mij nu echt heel erg GroenLinks.”

Na de vorige verkiezingen in 2017 behaalde GroenLinks veertien zetels. U stond op de vijftiende plek op de lijst, en viel daardoor net buiten de boot. Nu staat u op de vierde plek. Dit is natuurlijk een mooie stijging, had u dit zelf verwacht?
“Nee, ik had helemaal niks verwacht maar ik was ontzettend trots toen ik het hoorde. Je doet gewoon je best en je werkt je helemaal suf als Tweede Kamerlid. Als je dan op zo’n hoge plek wordt gezet, dan voel je je heel erg gewaardeerd. Het is een soort bevestiging dat je het goed gedaan hebt, daar ben ik heel erg trots op.

Een bijkomstigheid is ook dat ik niet zo zenuwachtig hoef te zijn of ik door kan of niet. We hebben het nooit slechter gedaan dan vier zetels, dus dat moet wel goedkomen. De vorige keer stond ik op een plek waarvan je denkt, wel, niet, wel, niet. Ik ben blij dat dit mij deze keer bespaard blijft.”

Een van de onderwerpen waar u zich mee bezighoudt is stikstof. U maakte de initiatiefwet Duurzame Aanpak Stikstof, die in april 2020 werd ingediend. Kunt u iets over deze wet vertellen?
“De rechter kwam met de uitspraak dat Nederland niet goed genoeg voor de natuur zorgt. Gelijk vanaf het begin dacht ik, dit is baanbrekend. Dit wordt voor ons een aanleiding om het natuurbeleid te intensiveren, om de landbouw te verduurzamen én om de uitrol van asfalt tegen te gaan. Eigenlijk alles waar wij voor staan kunnen we nu voor elkaar gaan krijgen. Maar ja, toen deed het kabinet helemaal niks, ze zaten als konijntjes in de koplampen te kijken. Toen dacht ik, weet je wat, dan gaan we gewoon zelf een wet maken. Dat is ook een instrument dat een Tweede Kamerlid heeft.

De wet is helaas niet aangenomen, maar ik denk wel dat hij druk heeft uitgeoefend op het kabinet om ook met een oplossing te komen. Het is dus niet helemaal voor niks geweest, en we zijn als GroenLinks ook leidend geweest in het dossier, dus dat was hartstikke leuk.

Ook vond ik het leuk om het samen te doen met Jesse, want hij is natuurlijk super ervaren. Hij was heel erg gemotiveerd en vond dit onderwerp echt leuk. Ik heb heel veel met hem samengewerkt bij debatten, en gekeken hoe hij het deed. Het was voor mij heel leerzaam om te kijken bij iemand die zo veel ervaring heeft in de kamer; zien hoe het proces verloopt, hoe het tijdens het debat werkt en hoe hij samenwerkt met anderen.

Ik vond het ook erg leuk dat wij een coalitie zijn aangegaan met Maxime Verhagen, de voorzitter van Bouwend Nederland en voormalig CDA politicus. Als je mij een paar jaar geleden verteld zou hebben dat wij op één lijn zouden zitten met Maxime Verhagen, dan had ik het niet geloofd. Maar ik ben wel een type die resultaten wil boeken, en dan moet je soms voorbij je eigen kringetje kijken: uitzoeken welke belanghebbenden hetzelfde doel hebben als jij, en daarmee samen optrekken. Dat vond ik heel erg leuk om te doen.”

Deze stikstofwet zou ervoor gaan zorgen dat de consequenties van stikstof op het milieu worden teruggedrongen. Maar indirect zou dit ook voordelen hebben voor het klimaat, wat voor veel DWARSers een heel belangrijk punt is. Een kleinere veestapel betekent ook minder methaanuitstoot en dus minder broeikasgassen.

Zijn de klimaatdoelen van Nederland überhaupt haalbaar zonder het drastisch verkleinen van de veestapel? Of is dit iets wat sowieso zal moeten gebeuren?
“Nee, ik denk het niet. Dat heb ik ook steeds gezegd in alle debatten. Een heleboel mensen denken dat je gewoon door kunt gaan op dezelfde voet, dat het allemaal wel mee zal vallen als je de stallen maar een beetje aanpast. Ik denk dat het helemaal niet meevalt. In het klimaatakkoord van Parijs staat dat onze CO2-uitstoot in 2050 minimaal 95% afgenomen moet zijn. Er is geen boer die mij heeft verteld hoe je dat kunt doen met de huidige veestapel. Wat wel vaker het geval is met GroenLinks, is dat wij het al zien, maar dat andere partijen nog moeten wennen aan het idee.

Uw stikstofwetsvoorstel werd helaas verworpen. Stel dat GroenLinks na de komende verkiezingen gaat regeren, zou u het wetsvoorstel dan opnieuw willen indienen?
“In ieder geval de inhoud die er in staat, zeker. Er staat een ambitie in over stikstofuitstoot, een doel wat ambitieuzer is dan wat nu per wet is vastgelegd. We hebben in mijn wet ook gezegd dat er meer natuur moet komen in Nederland, en dat is ook iets wat wij heel graag willen verzilveren in de formatie.

Gelukkig zijn wij ook niet de enige partij die vindt dat er een tandje bij moet. Ik denk dat wij bijvoorbeeld ook in de PvdA en D66 medestanders hebben. Ik heb er verder ook weleens met maatschappelijke partijen over gesproken. Die zeiden: ‘We hebben nu de stikstofwet, maar de echte oplossing moet van het volgende kabinet komen.’ Ik hoop dat wij daarvan deel uit maken.”

Op welke prestatie in uw carrière bent u het meest trots?
“Helemaal in het begin, toen het landbouwdossier nog niet zo gevoelig lag, vroeg ik mijzelf af waar ik nou eens mee zou gaan beginnen. Ik kwam in de Tweede Kamer en ik dacht: wat zal ik hier nou gaan doen? Ik kom zelf uit het veenweidegebied Waterland, daar ben ik opgegroeid en woon ik nu nog steeds. Ik houd er ook heel erg van; de groene weilanden, blauwe sloten en grutto’s. Ik was als wethouder veel bezig met de problematiek rondom bodemdaling, maar op rijksniveau gebeurde er nog heel weinig op dat gebied. Ik heb een initiatiefnota geschreven om dit probleem ook op rijksniveau op de agenda te zetten, en dat is gelukt! Daar ben ik wel erg trots op.

Waar ik ook heel trots op ben, is dat ik een wetsvoorstel heb geschreven om de geborgde zetels in de waterschappen af te schaffen. Dat klinkt heel technisch en saai, maar dat is het helemaal niet. Het is nu dus zo dat de waterschappen helemaal niet volledig democratisch zijn: er zijn vaste plekken gereserveerd voor het bedrijfsleven en de boeren. Ik wilde deze geborgde zetels afschaffen, zodat het gewoon écht een gekozen democratisch bestuur wordt. Ik denk dat dat ook effecten kan hebben op de doelen waar wij voor staan, want de landbouwbelangen wegen nu gewoon onevenredig zwaar in de waterschappen. Terwijl juist de waterschappen kunnen zorgen voor veel meer natuur, betere waterkwaliteit en klimaatadaptatie. Dit is toch wel een erg belangrijk orgaan, dan moeten niet de boeren de overhand hebben.”

Heeft u verder nog persoonlijke ambities voor de toekomst?
“Ik heb eigenlijk nooit zo gewerkt met ambities. Ik heb altijd vooral gekeken naar wat mij leuk lijkt en waar ik goed in ben, en dat ben ik dan gaan doen. Ik heb eigenlijk altijd gedacht van: dit kan ik niet, en dan kon ik het blijkbaar wel. Toen ik raadslid werd dacht ik: dit kan ik niet. En ik kon het wel! Toen moest er iemand wethouder worden en toen dacht ik: eigenlijk durf ik het niet, maar laat ik het toch maar proberen. En ik kon het hartstikke goed! Toen ik Tweede Kamerlid werd, werd ik overvallen met angst en dacht: oh nee help, nu moet ik in de Tweede Kamer tussen al die Kamerleden. Het leek mij verschrikkelijk moeilijk. Maar dat is ook gelukt!

Ik vertel dit verhaal, omdat ik mij kan voorstellen dat veel mensen bij DWARS dat gevoel ook hebben. Het gevoel van ‘Hoe kom je ooit aan de top?’ of ‘Hoe ga je ooit iets bereiken?’ Ik zou tegen jullie allemaal willen zeggen: ik ben altijd heel onzeker geweest of ik iets wel kon, maar ik heb er altijd op gelet of ik iets deed wat ik leuk vond en of ik iets deed wat impact maakt. Dat zou ik jullie allemaal willen aanraden. Je hoeft niet meteen voor het hoogste te gaan, ik ben ook maar in de gemeenteraad van Waterland begonnen. Dat is een kleine gemeente, maar ook daar is het hartstikke leuk om dingen voor elkaar te krijgen.”

Wilt u verder nog iets kwijt aan de lezers van OverDWARS?
“Ik hoop dat jullie veel campagne gaan voeren voor GroenLinks, zodat we straks hartstikke groot worden en we mee gaan regeren!”