Azerbeidzjan, Saoedi-Arabië, Thailand, Nederland: een lijstje landen die niet vaak in hetzelfde lijstje teruggevonden worden. Toch hebben ze wat gemeen. Al deze landen behoren tot een zeer beperkte groep aan landen waar de Dag van de Arbeid geen officiële feestdag is. Zelfs de Verenigde Staten, waar ze iets meer dan honderd jaar geleden het leger afstuurden op stakende arbeiders, kent een vrije dag om de arbeid te vieren. Maar waarom kent Nederland deze dan niet? En waarom zouden we hem wel moeten hebben?

Door: Nordin Kole

Geschiedenis Dag van de Arbeid

De Dag van de Arbeid kent zijn dageraad in 1890. Het werd dat jaar op 1 mei voor de eerste keer gehouden als een dag van staking, omdat de werknemers de achturige werkdag wilden realiseren. In de VS had dit enigszins succes: in sommige sectoren werd daar de achturige werkdag en in andere de negenurige werkdag ingevoerd. Echter vloeide er tegelijkertijd in Europa wel bloed bij deze manifestaties. In het Franse Fourmies vielen er negen doden en vijfendertig gewonden toen de manifestatie onderdrukt werd, waarvan 8 van de 9 doden onder de 21 jaar oud. Het jaar erna, in 1891, werd er bij het congres van de Tweede Internationale besloten om van deze dag een jaarlijkse traditie te maken.

Vanaf de jaren 30 van de twintigste eeuw werd de Dag van de Arbeid in veel landen ingevoerd als vrije dag. Het Duitsland onder leiding van Hitler was daarbij één van de eerste landen. De invoering van de vrije dag diende niet als viering van de arbeid, maar het diende juist om de acties en stakingen die gepaard gingen met 1 mei van kracht te ontdoen. Want, zo werd gedacht, als de fabrieken toch op een laag pitje draaien die dag, dan heeft een staking ook weinig effect. In Nederland was het alleen voor werknemers van bepaalde gemeentes en bankiers een vrije dag, met name in de traditionele PvdA-bolwerken Rotterdam en Amsterdam. Als je voor Amsterdam of Hoorn werkt, is het hedendaags nog steeds mogelijk die dag vrij te nemen.

Waarom hier niet?

Waarom is het nationaal niet aangeslagen? De NVV – een voorganger van de FNV – zei in de jaren 50 dat ze al 90% van de doelen bereikt hadden. Ze zagen geen nood meer voor een verbindende dag. An sich is het mooi als je de dag niet meer nodig denkt te hebben voor verbinding. Maar is dat de enige reden dat de NVV dit zei? Het is ook mogelijk dat de NVV destijds andere prioriteiten had of dat er politieke factoren meespeelden bij het afwijzen van de Dag van de Arbeid als nationale feestdag.

Maar stel dat dat niet het geval is. Stel dat ze al 90% van hun doelen hadden bereikt. Waarom zou je dan niet vieren wat je wel hebt bereikt? Des te beter herinneren we wat we kunnen verliezen, of beter nog, wat we sinds die tijd weer hebben verloren. De rechten van de arbeider lijken steeds verder afgebrokkeld te worden. Schijnzelfstandigheid en de oneindige drive om te flexibiliseren nemen veel zekerheid weg die arbeiders voorheen wel hadden. Daarnaast stijgt het minimumloon al decennia niet meer mee met de inflatie, terwijl de werkdruk wel alleen maar hoger wordt. Arbeiders houden steeds minder geld over, terwijl de productiviteit wel omhoog moet en er hierdoor steeds meer verzuim plaatsvindt door de hogere werkdruk die hierdoor ontstaat.

Deze hogere werkdruk grijpt terug naar de achturige werkdag van de begindagen van de Dag van de Arbeid. Daar waar onze voorouders toen vochten om een lagere werkdruk, lijken we vandaag de dag geen gelijksoortig verzet te kunnen bieden. Dit komt ook overeen met iets dat Mark Fisher beschreef in zijn boek “Capitalist Realism: Is There No Alternative?” De werkelijkheid van het kapitalisme maakt het moeilijk om alternatieve opties te bedenken. Deze kapitalistische werkelijkheid was in de dagen van de grootschalige stakingen minder aanwezig.

Geen gestreden strijd

Kortom, de strijd die al als gestreden beschouwd werd, kan wel weer wat nieuw vuur gebruiken. En de strijd neemt ook plaats. We zien weer meer stakingen, we zien weer dat jongeren de solidariteit van de vakbond opzoeken. We beginnen het bloed aan de onzichtbare hand van het kapitalisme weer te zien. Maar laten we de Dag van de Arbeid maatschappij-breed omarmen. Het volgende kabinet zal ons waarschijnlijk geen vrije dag geven, maar we kunnen wel weer teruggaan naar de beginjaren van stakingen en manifestaties. Laten we niet accepteren dat beleggers en bankiers – die de wereld zoveel onzekerder hebben gemaakt – wel vrij krijgen deze dag. Laten we nooit meer vergeten dat de strijd nooit gestreden is. En vooral, laten we de Dag van de Arbeid weer een dag van het volk maken, voor de hardwerkende Nederlanders!