In dit derde deel van het vierdelige onderzoek naar veganisme van Commissie Milieu en Voedsel wordt het aspect gezondheid uitgebreid behandeld. Hoe gezond is consumptie van dierlijke producten voor de mens?

In ons vorige artikel hebben we de gevolgen van veganisme met betrekking tot dierenleed toegelicht. Dit keer gaan we dieper in op de gezondheidsaspecten van verschillende diëten. In 2015 werd Nederland opgeschrikt door het nieuws dat consumptie van vlees het risico op darmkanker zou verhogen. Deze waarschuwing van de Wereldgezondheidsorganisatie is gebaseerd op uitgebreide analyses van verschillende wetenschappelijke studies. Het Wereldkankeronderzoeksfonds raadt daarom aan om rood vlees (van wild, rund, varken, geit of lam) zoveel mogelijk te vervangen en bewerkt vlees (zoals worsten en hamburgers) volledig te vermijden.

Het Wereldkankeronderzoeksfonds meldt eveneens dat groente en fruit het risico op mond-, slokdarm- en longkanker juist kunnen verminderen. Meta-analyses van meerdere onderzoeken geven verder aan dat het eten van bewerkt vlees het risico op diabetes type 2 en hart- en vaatziekten verhoogt.

Sterfterisico
Een studie uit 2013 onderzocht het sterfterisico van groepen vegetariërs en veganisten ten opzichte van dat van niet-vegetariërs. Uit deze studie, met ruim 73 duizend Noord-Amerikaanse participanten, bleek dat veganisten, lacto-ovo vegetariërs (eten wel zuivel en ei) en pesco-vegetariërs (eten geen vlees maar wel vis en andere dierlijke producten) een lager sterfterisico hebben dan niet-vegetariërs. Hierbij is er geen duidelijk verschil tussen de vegetariërs en de veganisten.

“Vermijd bewerkt vlees geheel”

Het weglaten van vlees en de hogere inname van plantaardig voedsel dragen waarschijnlijk bij aan dit lagere sterfterisico. Het is echter ook bekend dat vegetariërs en veganisten gemiddeld gezonder leven als het gaat om roken, bewegen en alcohol drinken, wat het sterfterisico ook beïnvloedt.

Vegetarisme vs veganisme
Het lijkt er dus op dat mensen met een vegetarisch of veganistisch voedingspatroon qua gezondheid beter af zijn, maar de verschillen tussen een vegetarisch en een veganistisch voedingspatroon zijn subtieler. Een artikel uit 2006 van Oxford University beschreef de gezondheidsvoordelen en -nadelen van een vegetarisch en veganistisch voedingspatroon.

In vergelijking met een niet-vegetarisch voedingspatroon zijn er in deze voedingspatronen over het algemeen kleinere hoeveelheden eiwit, omega 3, retinol, vitamine B12 en zink aanwezig. Een veganistisch voedingspatroon bevat daarnaast vaak weinig vitamine B12 en calcium. Sommige plantaardige eiwitbronnen bevatten niet alle aminozuren, waardoor veganisten verschillende eiwitbronnen moeten combineren en iets meer eiwit moeten eten dan vegetariërs. Onder andere bonen, peulvruchten, paddenstoelen, noten en sojaproducten zijn goede eiwitbronnen.

Omega 3-vetzuren worden vaak bestempeld als visvetzuren en hebben belangrijke gezondheidseffecten. Hoewel vette vis rijk is aan omega-3 vetzuren, zijn deze vetten ook te vinden in lijnzaad, walnoten en algen, waar vissen ze zelf ook uit halen.

“Veganisten supplementeren vitamine B12”

Retinol (vitamine A) zit vooral in dierlijke producten, maar betacaroteen, een stof waar het lichaam vitamine A van kan maken, is rijkelijk aanwezig in groene bladgroenten en wortels.

Zink is erg belangrijk voor het immuunsysteem en komt eveneens vooral voor in dierlijke producten, maar ook voor dit mineraal zijn er plantaardige alternatieven als lijnzaad, pompoenzaad, sesamzaad, noten en graanproducten.

Calcium staat bekend als een mineraal dat veel in zuivel zit, maar is ook aanwezig in veel plantaardige voeding. Hierbij is er niet één ideaal alternatief, maar een combinatie van broccoli, bladgroenten, noten, zaden en peulvruchten is wel een manier om als veganist voldoende calcium binnen te krijgen.

Voor de veganist kan het wel verstandig zijn om vitamine B12 te supplementeren, aangezien plantaardige voeding het weinig bevat en een tekort eraan ernstige gezondheidsrisico’s met zich kan brengen.

“Een gezond voedingspatroon is plant-based”

Gezondheidswinst
Kortom, er valt gezondheidswinst te boeken door als vleeseter over te stappen op een vegetarisch of veganistisch voedingspatroon. Dat komt niet alleen door schadelijke effecten van vlees, maar ook door een veelvoud aan gezondheidsbevorderende stoffen in plantaardige voeding, die vegetariërs en veganisten in grotere hoeveelheden innemen. De voedingsexperts zijn het er inmiddels over eens dat een gezond voedingspatroon ‘plant-based’ zou moeten zijn.

De gezondheidsverschillen tussen een veganistisch en een gematigd vegetarisch voedingspatroon zijn minder duidelijk aangetoond. Een vegetarisch of veganistisch voedingspatroon kan zeer goed zijn voor de gezondheid, mits dierlijke producten vervangen worden door alternatieven die dezelfde belangrijke stoffen leveren.

Volgende keer in Food for Thought: wat zijn de gevolgen van een veganistisch voedingspatroon op het milieu?