Waarom wij het proces tegen Wilders wél steunen

Wilders mag niet alles zeggen

DWARS is één van de mede-indieners van de aanklacht tegen Geert Wilders. Wij vinden dat de uitspraak over minder Marokkanen niet door de beugel kan. Eens in de zoveel tijd krijgen wij de vraag of we dit wel zouden moeten steunen. Zouden wij niet pal voor de vrijheid van meningsuiting moeten staan?

door het DWARS-bestuur in reactie op het artikel van Jeroen Hut

Wij vinden dit een valse tegenstelling. Natuurlijk staan wij pal voor de vrijheid van meningsuiting. Natuurlijk vinden wij dat politici alle vrijheid moeten hebben om op een harde manier een belangrijke boodschap te uiten. Onze kritiek op deze uitspraak zit hem dan ook niet in het beledigende aspect maar op het aanzetten tot haat.

Wilders zei namelijk niet ‘We hebben hier ook kut-Marokkanen’ of ‘Pleurt op’ maar hij zei ‘Willen wij minder Marokkanen? Dát gaan we regelen’. Dit is niet alleen beledigend, maar is ook een vorm van haatzaaien. Een politicus heeft in onze ogen niet alleen extra vrijheid, maar ook extra verantwoordelijkheden. Zijn woorden hebben meer dan gemiddelde invloed en dus zou de politicus zijn woorden zorgvuldig moeten kiezen.

Daarnaast zou het zeker niet de eerste keer zijn dat een politicus veroordeeld wordt wegens haatzaaien. In 2010 werd bijvoorbeeld Jean-Marie Le Pen veroordeeld voor een vergelijkbare zaak. Volgens het Europese Hof gaf Le Pen voeding aan gevoelens van haat richting moslims. Hij zei het volgende: “De dag dat we in Frankrijk geen vijf, maar 25 miljoen moslims hebben, zullen zij het zijn die het bevel voeren over ons.” Hij kreeg een boete van 10.000 euro. Ook Belgisch politicus Daniel Feret werd in 2006 voor een vergelijkbare uitlating gestraft. Vergeleken met de uitspraak van Le Pen zijn de uitspraken van Wilders nog een stapje verder. Hij zegt niet alleen dat Marokkanen een gevaar zijn, maar ook dat we gaan zorgen dat er minder van zijn.

Als Le Pen over de schreef ging dan gaat Wilders dat dus zeker. De vrijheid van meningsuiting is een groot goed, maar het aanzetten tot haat is één van de wettelijke grenzen van deze vrijheid. Politici staan niet boven de wet. Het lijkt ons dus niet meer dan logisch dat de rechter over deze zaak oordeelt. Juist bij een ingewikkelde grens als deze is het aan de rechterlijke macht om te beslissen wat wel en niet acceptabel is.

lees ook

LVolg ons op facebook

L