Beste MedeDWARSers,

Het zijn drukke, onzekere tijden en ik heb mij nog nooit zo moedeloos gevoeld. Nog nooit heb ik de vereniging zo verdeeld gezien. Uit wanhoop schrijf ik dit pleidooi omwille van reflectie en medemenselijkheid.

De laatste weken is er openlijk veel kritiek geweest richting het bestuur, wat soms ook zeker terecht was. Tot mijn spijt verloren wij als DWARS opeens alle wegen die er zijn gelegd door de jaren heen: denk aan alle commisies, Raad van Advies, en in gesprek gaan met elkaar. Ik schaam mij enorm voor hoe wij als vereniging elkaar uit het oog zijn verloren.

In juni 2020 verkozen wij als DWARS een nieuw bestuur, een bestuur met veel prachtige mensen waar we als vereniging ons vertrouwen in hebben gelegd. Tevens, kijken wij amper om naar alle goede dingen die het bestuur heeft bereikt, maar daar gaat dit stuk niet over.

Vorige maand werd voor de vereniging duidelijk dat de verkozen penningmeester zijn rol niet goed kon vervullen. Dat kan gebeuren. Dit keer ging het mis. Als gevolg heeft het bestuur gezamenlijk besloten tot het vertrek van dit bestuurslid. Als vereniging zagen we dit al jaren aankomen en had er allang een financieel medewerker moeten worden aangenomen, zoals dat door de Raad van Advies is aangegeven. Wat mij shockeerde is de chaos die er bij de leden ontstond. In plaats van het bestuur bij te staan en te zeggen “wij snappen het, en we werken samen naar een oplossing”, kwamen er vlammen van ongenoegen en geruchten om het vertrouwen in het bestuur op te zeggen.

We leven in ongewone tijden. Dus waarom verwachten wij dat een bestuur dat elkaar amper kan zien toch dezelfde binding heeft als vorige besturen? Mag ik zeggen dat dat belachelijk is? Waar gewoonlijk een bestuur elkaar veel zou zien en spreken, werkten ze nu op een afstand, wat logischerwijs heeft geleid tot minder goede communicatie met elkaar en met andere DWARS organen. Maar niet alleen het bestuur kwam aan de coronacrisis te lijden: ook de leden en verschillende commissies. Meestal zag je elkaar in de gangen en sprak je elkaar over alle goede en minder goede dingen. Maar nu is die verbinding weg. Door de coronacrisis merkte ik verbittering bij de leden waardoor er geen oog meer was voor alles wat wel goed gaat. Omdat het gesprek er niet is, grijpen we naar middelen die wij kennen en die opvallen. Langzaam maar zeker ontstaat er nu een kloof in de vereniging.

Deze kloof leidt tot escalatie. Recent dook er een petitie op aan het congrespresidium voor meer tijd voor de bestuursverantwoording. Compleet terecht dat wij daar meer tijd voor vragen maar wat mij frustreerde was dat dit verzoek niet eerst gesteld is aan de congrescomissie en het bestuur. Dit is maar 1 van de voorbeelden die ik zou kunnen noemen. Wij zouden beter moeten weten. In mijn werk heb ik geleerd dat dit soort pressiemiddelen je laatste optie zijn. Pas als praten en overleggen niet lukt, stap je naar buiten toe en zeg je: “Kijk, dit is wat de meerderheid wil.”

Al jaren hebben we het over sensatiepolitiek. In deze coronatijden, waar we elkaar enkel online spreken, is sensatiepolitiek uitgemond tot een monster. Tot mijn grote verdriet lusten wij, DWARSers, daar een enorme naar. Het lijkt alsof de leden niet door hebben dat achter deze sensatie “kritiek” geen greintje respect zit. Kritiek is zeer waardevol, maar bij DWARS doen we dat om elkaar op te bouwen. Juist om die reden bestaat DWARS uit verschillende commissies en de RvA, want alleen door te schreeuwen langs de zijlijn werkt niet. Het is een naïef als je denkt dat er geen discussie is binnen de organen van DWARS. Deze organen dragen net zoveel verantwoordelijkheid voor het functioneren van de vereniging als het bestuur. Deze organen horen samen te werken en elkaar te zien en spreken.

Ooit ben ik lid geworden van DWARS en kwam ik in een warm bad met mensen die oog hadden voor elkaar. Op dit moment zou ik niet weten wat nieuwe leden zien, maar wat ik zie is een boksring waar de scheidsrechter op het punt staat om het spel te starten. Maar wat is het waard Niemand gaat er beter van worden als we elkaar blauw slaan. Nog even en dan is het congres: een weekend waar we met z’n allen werken om de vereniging vooruit te bewegen. Als puntje bij paaltje komt, verschillen wij niet veel van elkaar. Uiteindelijk staan we allemaal voor dezelfde waarden: een groene, sociale en duurzame toekomst voor iedereen.

Ik ben persoonlijk enorm trots op dit bestuur dat, ondanks het feit dat ze in een lastige situatie zijn beland. Het wamt mijn hart dat zij toch zoveel steun in elkaar vinden, moeilijke knopen doorhakken en overuren draaien in het belang van de vereniging. Daar mogen wij enorm trots op zijn.

Gelijkerwijs ben ik trots op de leden die ik keer op keer elkaar weer zie opzoeken. DWARS zit vol met jongeren die vrijwillig de organisatie dragen. We missen elkaar enorm en ik kan niet wachten tot wij elkaar weer zullen spreken op het pand.

DWARS is een prachtige plek van ontwikkeling, vriendschappen en gezelligheid. Ik heb nog een paar jaar te gaan bij DWARS en ik hoop dat wij blijven werken aan een vereniging waar wij elkaar steunen en vertrouwen.

Met DWARSe groet,

MedeDWARSer.

De schrijver is bekend bij de redactie