Wij zijn de partij voor de Gewone Nederlander”. Zowel Sybrand Buma als Mark Rutte spraken woorden als deze uit tijdens de verkiezingscampagne van begin dit jaar. Hier is de laatste tijd al genoeg over gezegd en geschreven, maar het is nu tijd om het beslissende oordeel te vellen en de mythe van de Gewone Nederlander de nek om te draaien.

De Gewone Nederlander. De persoon die, volgens de definitie van de VVD, ‘iets wilt maken van zijn of haar leven, die gewerkt hebben of weer graag aan de slag willen. De Gewone Nederlander zijn jij en ik.’

Ergens blijft iets steken. Want volgens het regeerakkoord gaan ‘normale Nederlanders’ erop vooruit. Toch worden Wajongers gekort in hun uitkering en krijgen leraren niet de nodige 1,4 miljard voor structurele verbetering van het basisonderwijs – terwijl multinationals en het bedrijfsleven dat geld wél krijgen. Daaruit zou je kunnen afleiden dat basisschoolleraren en Wajongers géén gewone Nederlanders zijn, maar zakenmensen wel.

“Ga alsjeblieft niet mee in de populistische terminologie van de VVD”

Politieke praatjes dus. Uit een verstuurde enquête blijkt dan ook dat veel mensen zeggen: ‘ik ben geen gewone Nederlander’ of ‘De gewone Nederlander bestaat niet’. Toch blijven partijen als VVD, CDA, en nu zelfs ook GroenLinks met de kantinetour, stug volhouden dat de Gewone Nederlander belangrijk is en niet gehoord wordt.

Lieve politici, als jullie dit lezen: ga alsjeblieft niet mee in de enigszins populistische terminologie van de VVD. Blijf alsjeblieft campagnevoeren op je standpunten, in plaats van op iets vaags als ‘het volk’. Maak duidelijk waarom juist jouw partij het beste is voor de kiezer, in plaats van te blijven steken in generaliserende termen.

Nederland is divers. Dat is een ongelooflijk mooie eigenschap voor een land. Nederland als land wordt cultureel mooier en kleurrijker door het feit dat we zo ontzettend veel verschillende soorten mensen kennen. Dat we deze mensen vervolgens allemaal over één kam scheren en soms zelfs uitsluiten door termen als ‘De Gewone Nederlander’ is niet passend.

Althans, dat vind ik gewoon, als Nederlander.