Met de opkomst van extreemrechts in het westen is er een fenomeen dat steeds belangrijker zal worden in de politiek: dog whistling. Kort gezegd is dog whistling het gebruiken van taal met een dubbele betekenis. Wat een normale of nietszeggende uitspraak is voor de gewone mens, heeft voor een specifieke groep extra lading.

De toespraak van Thierry Baudet na de uitslag van de Provinciale Statenverkiezingen van dit jaar bevat misschien wel het bekendste voorbeeld van dog whistling binnen de Nederlandse politiek. Tijdens die speech sprak hij de volgende zin uit: “Maar net als al die andere landen van onze boreale wereld, worden we kapot gemaakt door de mensen die ons juist zouden moeten beschermen.” terwijl hij het had over hoe ons land en onze beschaving ten onder gaan. Meteen daarna ontstond er op Twitter ophef: Naast dat boreaal “noordelijk” betekent, gebruikt extreemrechts het ook om het idee aan te duiden dat Europa ooit volledig wit was, en dat dit ook zo moet blijven of weer opnieuw zo moet worden gemaakt. Deze racistische betekenis werd ooit geïntroduceerd door Jean-Marie Le Pen, en we weten dat Baudet een bewonderaar van hem is.

Later zei Baudet zelf dat hij het helemaal niet zo bedoeld had – en dat is logisch. Wanneer iemand dog whistling toepast, heeft diegene namelijk zelf al besloten dat de verborgen boodschap te extreem is om voor een algemeen publiek uit te spreken. Als Baudet in zijn speech – die bol staat van ideeën over superieure culturen die vernietigd worden door invloeden van binnen- én buitenaf – expliciet de link had gemaakt naar een witte wereld of samenleving, was het land te klein geweest. Dat weet hij zelf ook maar al te goed. Zodra de dubbele bodem inzakt, kan je dan nog maar een ding: terugkrabbelen.

Waarom wordt dog whistling dan toegepast? Ten eerste om je aanhang te vergroten. Als je een verhaal weet uit te dragen dat voor een breed publiek toegankelijk is, maar tegelijkertijd ook weet te flirten met extremistisch gedachtengoed, bedien je een extra grote groep kiezers. Je seint dan naar extremistische groepen dat hun ideeën een plek hebben in jouw gedachtengoed. En zo probeer je hun stem te winnen.

De tweede reden om dog whistling te gebruiken is een stuk subtieler. Je verandert wat acceptabel is binnen het politieke debat en bij beleidsvoering. Hierbij maakt de spreker niet gebruik van woorden met een expliciete dubbele betekenis. In plaats daarvan gebruikt die stereotypen en associaties om hun boodschap extra implicaties te geven.

In Amerika geven rechtse politici bijvoorbeeld hardhandig af op mensen die gebruik maken van “welfare” (het sociale vangnet, uitkeringen). Veel Amerikanen zullen bij een stereotypische “uitkeringstrekker” aan een zwart persoon denken. Door gebruik te maken van deze associaties weten politici beleid dat eigenlijk anti-zwart (en dus racistisch) is te verhullen door ras of kleur niet expliciet te benoemen. En dat terwijl de associatie genoeg is om xenofobe en racistische kiezers te bedienen. In Nederland kan je denken aan Dijkhoff die pleitte voor zwaardere straffen in probleemwijken. Of aan Forum die een zogenaamd wetenschappelijk legitieme vraag aan het licht bracht, waardoor het opeens weer over ras ging in de Nederlandse politiek.

Het lastige aan dog-whistling is dat het per definitie ambigu is. Voor iemand die van dog-whistling beschuldigd wordt is het strategisch juist heel logisch te ontkennen. Om erachter te komen of iemand aan dog-whistling doet moet je dus naar het bredere plaatje kijken. We weten dat de VVD Dijkhoff af en toe op PVV-corvee zet. Hierbij moet hij proberen de typische PVV-kiezer terug te krijgen bij de VVD. Binnen die context is het dus logisch dat hij uitspraken doet die verhuld racistisch zijn. En ja, als je als politicus alt-right memes van jezelf retweet, boeken opdraagt aan extremistische fora, en wel vaker dubieuze uitspraken doet over homeopathische verdunning of over vrouwen die overheerst willen worden, dan kan je wel roepen dat je niks met alt-right hebt, maar daar trappen dan zelfs je vrienden bij Front National niet meer in.

afbeelding: Roel Wijnants