In de media, maatschappij en dus ook binnen DWARS gaat het veel over onze defensie en de investeringen in het leger. Vaak wordt dit gezien als een logische stap, gezien de buitenlandse dreigingen en de onstabiele geopolitieke situatieDe manier waarop politieke macht verdeeld is over de wereld en hoe landen elkaar beïnvloeden of bedreigen.. Er wordt echter amper over de nadelen van deze investeringen gesproken. Door uitkomsten van investeringen in het leger in de recente geschiedenis te belichten, willen wij aandacht geven aan de vaak voorkomende negatieve gevolgen hiervan.

Dit artikel is onderdeel van een reeks van drie artikelen die zijn geschreven door de werkgroep Oorlogseconomie (binnen de Commissie Economie).

De NAVO als imperialistische organisatie

Volgens de NAVO zelf waren er drie redenen voor de stichting van de organisatie. Het tegengaan van Sovjet-expansionisme, het tegenhouden van de heropkomst van nationalistisch militarisme in Europa door een sterke Amerikaanse militaire aanwezigheid, en het aansporen van Europese politieke integratie.

Hoewel deze doelen op zichzelf legitiem kunnen lijken, is het belangrijk om de historische context en de acties van de NAVO kritisch te bekijken. De Amerikaanse militaire aanwezigheid in Europa heeft bijvoorbeeld niet alleen bijgedragen aan stabiliteit, maar heeft ook geleid tot beperkingen van het zelfbeschikkingsrechtHet recht van een volk of regio om zelf te beslissen over zijn politieke status en toekomst. en democratie, zoals blijkt uit bewuste CIA-acties tegen communistische partijen in bijvoorbeeld Italië en Frankrijk. Deze acties waren gericht tegen de verbinding tussen deze partijen en de Sovjet-Unie, maar beperkten wel de democratische vrijheden.

Diezelfde Amerikaanse aanwezigheid kan ook worden gevonden in de militaire acties buiten Europa. Amerika steunde bijvoorbeeld de massamoord op leden van de Indonesische Communistische Partij (PKI) in 1965-66, waarbij meer dan 500.000 mensen werden vermoord.

Ook in de meer recente geschiedenis is de invloed van Amerika terug te vinden. In 2001 viel de NAVO voor het eerst Afghanistan binnen. Twintig jaar is er oorlog gevoerd door troepen van NAVO landen in Afghanistan. Hierbij zijn minstens 243.000 doden gevallen, maar waarschijnlijk nog veel meer door ziekte en voedseltekorten. Ook in 2011 heeft de NAVO buiten zijn eigen grenzen militaire acties uitgevoerd. 8 maanden lang bombardeerde de NAVO Libië. In plaats van dat dit voor stabiliteit en vrede zorgde in het land, verviel Libië in een tien jaar durende burgeroorlog.

In datzelfde jaar, 2011, eindigde de VS eindelijk de oorlog in Irak. Hoewel deze oorlog niet vanuit de NAVO werd gevoerd, deden wel veel NAVO-lidstaten mee aan deze oorlog, het Verenigd Koninkrijk, Italië, Polen, en Nederland waren hierbij de grootste leveranciers van troepen. De oorlog begon in 2003 met een invasie door de bovengenoemde landen, in de daaropvolgende oorlog zijn naar schatting 119.000 burgers omgekomen. Ook hebben bijna vier miljoen mensen op de vlucht moeten slaan. De vermeende wapens van massavernietiging die in Irak zouden worden gebouwd en de reden waren voor de invasie, zijn nooit gevonden.

De link tussen onze economie en het imperialisme

Na de Irakoorlog werd de Iraakse economie in rap tempo grotendeels geprivatiseerd, vooral ten voordele van Westerse bedrijven als BP, Exxon en Shell. Dit geeft aan hoe economische belangen van NAVO landen zijn verstrengeld met hun militaire inzetten.

Een ander NAVO land dat zijn economische belangen effectief verdedigt met de inzet van geweld is Frankrijk. Recent stuurde Frankrijk 600 zwaarbewapende en gemilitariseerde politieagenten naar hun voormalige kolonie Nieuw-Caledonië om daar rellen voor de onafhankelijkheid neer te slaan. Nieuw-Caledonië is voor Frankrijk voornamelijk belangrijk wegens de enorme nikkelvoorraden. Deze grondstof is hard nodig voor bijvoorbeeld de productie van elektrische auto’s en dus de “groene energietransitie”, zoals de documentaire “De groene illusie” van Frontlinie laat zien.

In Rwanda en de Democratische Republiek Congo (DRC) is een vergelijkbaar belang zichtbaar. Hier heeft de Europese Unie een deal gesloten met Rwanda voor het verkrijgen van zeldzame aardmetalen. Deze deal is opmerkelijk omdat Rwanda op dit moment een oorlog in Oost-DRC voor precies deze grondstoffen ondersteunt. Hiermee draagt de Europese Unie dus (in)direct bij aan de voortzetting van dit conflict.

Hoe defensief is defensie?

Hoewel we onze defensie op dit moment niet actief inzetten, produceren we in Nederland en de rest van Europa nog wel flink veel wapens. Deze wapens blijven lang niet altijd binnen de grenzen van de NAVO. Zo levert Nederland bijvoorbeeld op dit moment nog wapens naar Israël en Indonesië. Dit terwijl Israel een genocide pleegt op het Palestijnse volk en Indonesie de bevolking van West-Papua hardhandig onderdrukt.

Nederland is niet het enige land waar dit gebeurt. Zo exporteert Frankrijk nog veel wapens naar Egypte en is er geconstateerd dat er in Sudan gebruik wordt gemaakt van Franse wapensystemen. Ook komt bijvoorbeeld 16% van de wapens van Israël uit Duitsland en nog eens 6% uit Italië.

Ook Turkije geniet van onze steun aan wapens, en is tevens onze bondgenoot aangezien dit land ook is aangesloten bij de NAVO. Dit terwijl Turkije al decennialang de Koerdische bevolking onderdrukt en hierbij herhaaldelijk mensenrechten schendt.

Onze wapens worden dus niet alleen gebruikt in onze eigen legers, maar ook veelvuldig geëxporteerd. Dit wordt ook bevestigd als je kijkt naar de mondiale wapenexport van 2014 t/m 2019. Een kwart van de wereldwijde wapenexport komt van Frankrijk, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, Spanje, Italië, en Nederland. We zijn dus absoluut geen kleine speler.

Als wij volop wapens produceren en exporteren naar landen die het vaak niet heel nauw nemen als het gaat om mensenrechten, kunnen we dan wel stellen dat onze defensie defensief is? Kunnen we er op vertrouwen dat onze wapens niet worden gebruikt in mensenrechtenschendingen?

De media als aanjager in het militarisme

De media speelt een cruciale rol in het vormgeven van de publieke opinie. In hun boek “Manufacturing Consent” beschrijven Edward S. Herman en Noam Chomsky hoe de media, vaak onbewust, bijdraagt aan de overeenstemming van de publieke opinie met westerse belangen. Ze benadrukken dat de media wordt beïnvloed door economische, politieke en sociale belangen van leiders. Dit leidt tot een situatie waarin de berichtgeving niet altijd evenwichtig is, maar eerder dient als een instrument om bepaalde belangen te ondersteunen. Het is daarom essentieel om kritisch te blijven ten opzichte van mediaberichten en de onderliggende belangen te herkennen.

Ook als het gaat over de investeringen in defensie en de berichtgeving over internationale conflicten speelt de media een belangrijke rol. Door het creëren van vijandbeelden of het meegaan in angstbeelden, kan eenzijdige beeldvorming ontstaan waar mensenrechtenschendingen of diplomatie uit het zicht verdwijnen. Dit proces beïnvloedt niet alleen hoe het publiek denkt over deze kwesties, maar ook hoe het reageert op beleidsbeslissingen die hiermee samenhangen.

Samenvattend

Het klinkt zo nobel, ‘Defensie’, maar als je er met een kritische blik naar kijkt dan waren het Nederlandse leger en de NAVO troepen betrokken bij gebeurtenissen die niet herhaald mogen worden. Niet alleen heeft de NAVO heel veel mensen gedood, de NAVO zette zich hierbij ook niet (enkel) in voor het welzijn van mensen. Economische belangen, zoals privatiseringHet overdragen van bedrijven of diensten van de overheid aan particuliere (meestal commerciële) partijen. en grondstoffen, worden bijvoorbeeld behaald via militaire inzet. Ook de wapens die wij produceren worden verkocht aan landen die mensenrechten schenden. Daarom zijn wij zeer kritisch op de huidige retoriek in de media en de politiek die oproept tot grotere investeringen in defensie. We vinden dan ook dat DWARS zich moet blijven inzetten voor demilitarisering, anti-imperialismeEen politiek waarbij een land zijn macht uitbreidt over andere gebieden, vaak met economische of militaire middelen. en pacifisme.