“So if we didn’t stand up for what is right and give this all we got, what were we doing with our careers? Why are we here?” – Jodi Kantor in Marie Claire

‘Wie?’, vraag je nu misschien. ‘Heb ik iets belangrijks gemist?’ Maar dit zijn twee namen achter iets waar je bijna niet omheen kon: het schandaal rondom Hollywoodgigant Harvey Weinstein, die gedurende vele jaren vele vrouwen seksueel misbruikte en de #metoo-campagne die daaruit volgde waren de hele maand groot in het nieuws. Dit alles kwam voort uit een artikel dat op 5 oktober in de New York Times verscheen, geschreven onderzoeksjournalisten Jodi Kantor en Megan Twohey. Vrij snel daarna publiceerde ook Ronan Farrow met een artikel in de New Yorker dat het onderzoek van Kantor en Twohey onderschreef. Het gesprek over seksueel geweld en intimidatie kwam op gang, en het bleef de hele maand een terugkomend onderwerp in vele (nieuws)media, met steeds meer mensen die vertelden over hun eigen ervaringen met seksuele intimidatie. En met de ‘me too’-hashtag waarmee heel veel vrouwen op sociale media lieten weten dat ook zij slachtoffer waren geweest van seksueel geweld. Sommige met verhaal, sommige zonder, maar allemaal om te laten zien hoe groot dit probleem is en dat dit onderwerp uit de taboesfeer moet komen.

Bij OverDWARS juichen we het bespreekbaar maken van pijnlijke onderwerpen als machtsmisbruik en seksueel geweld toe. Eigenlijk hadden we alle journalisten en niet-journalisten die erover geschreven hebben, alle vrouwen en mannen die hun verhaald gedaan hebben en iedereen die dat (nog) niet kon of wilde onze helden willen maken, want dat zijn ze, stuk voor stuk. Binnen de redactie hebben we dan ook discussies gehad over wie we als held moesten noemen in dit artikel. Omdat het lastig is om zowel breed als inclusief namen te noemen heb ik ervoor gekozen om in de titel de twee vrouwen te noemen die deze conversatie begonnen, wetende dat er vele anderen zijn die hem daarna ook gevoerd en verder gebracht hebben.

Dit gesprek moet absoluut niet beperkt tot oktober 2017 blijven. Want er is nog zo veel om over te praten en om te verbeteren. Ook in deze situaties zijn er niet altijd alleen helden en schurken, het is lastig balanceren op de lijn tussen nuance en een politieke correctheid die het debat stillegt. Niet elke beschuldiging, niet alle mannen, niet alle vrouwen, niet alle seks, natuurlijk niet. Maar niet alle grenzen zijn makkelijk getrokken, des te meer reden om niet te stoppen met ze trekken, en opnieuw en opnieuw. Zoals Aaf Brandt Corstius schreef in de Volkskrant:Discussies zijn per definitie vermoeiend. Daar zijn het discussies voor.’

Binnen DWARS bestaan ook structuren om interne seksuele intimidatie aan de kaak te stellen. Het bestuur is het centrale aanspreekput binnen onze vereniging hiervoor. Mocht je liever met iemand buiten de vereniging willen praten, dan kun je contact opnemen met onze vertrouwenspersonen.