Zeg nooit zomaar toe een stuk te schrijven, dat leer ik nu wel. Niet dat het gek is om als Internationaal Secretaris toe te zeggen iets te schrijven voor een reiseditie. Ik staar, een paar dagen na het zomercongres, al een behoorlijke tijd naar een leeg computerscherm. Een jaar lang samenvatten in een artikel, dat gaat niet.

Er zijn natuurlijk wel bepaalde inzichten die ik heb opgedaan. Maar of het nou leuk is om te horen dat ik de snelheid van vliegen meer ben gaan waarderen? Dat is flirten met de duivel. In gedachten loop ik de plekken waar ik heen mocht gaan af: Noorwegen, Brussel, de Westelijke Sahara, Hamburg, Liverpool, Madrid. Wat een luxe leven heeft zo’n internationaal secretaris eigenlijk, niet?

Noorwegen
We beginnen bij het begin. Noorwegen. Op uitnodiging van de Noorse Ambassade in Nederland mochten verschillende PJO’s in november 2016 naar Oslo en Tromsø om in gesprek te gaan over het Noorse energiebeleid. Over de inhoud heb ik indertijd al een artikel geschreven, maar qua vorm was het voor een stereotype DWARSer minstens zo interessant.

Een week voor vertrek heb ik mijn moeders kledingkast leeggeroofd bij gebrek aan nette kleding. We gingen immers langs ministeries, ambassades en we hadden nette diners. Het was een reis van vier dagen en halverwege vlogen we nog naar Tromsø (ik voel me nog schuldig). Je krijgt te maken met nieuwe omgangsvormen, en ik maakte voor het eerst kennis met visitekaartjes en dan met name het gebrek hieraan. Tussen alle diplomatie door moet je de kritische van het gezelschap zijn, omdat jij uit de groene familie komt. Wanneer zijn het propagandapraatjes en wanneer zijn het duurzame activiteiten die we ook in Nederland zouden moeten doen? De grens lijkt flinterdun.

Sahara

Sahara
De meest bizarre reis die ik het afgelopen jaar heb mogen maken was naar het vrije gebied van de Westelijke Sahara en de vluchtelingenkampen in Algerije. De Westelijke Sahara wordt ook wel ‘de laatste kolonie van Afrika’ genoemd. Twee-derde van de Westelijke Sahara is bezet door Marokko en daar vinden veel mensenrechtenschendingen plaats. Het oostelijke deel is ‘bevrijd’, maar het is geheel woestijngebied en het is het grootste mijnenveld van de wereld. Vlak over de grens met Algerije zijn er vluchtelingenkampen. Veertig jaar lang wonen hier al vluchtelingen onder slechte omstandigheden.

In 2015 heeft FYEG een resolutie aangenomen betreffende de situatie hier. In januari 2017 zijn we afgereisd. Al maanden heb ik een artikel over dit onderwerp willen schrijven, maar het is me tot nog toe niet gelukt (jullie hebben nog wat tegoed) omdat het bijzonder ingewikkeld is. We werden continue in de gaten gehouden en begeleid door Polisario, het bevrijdingsleger van de Sahrawi. De antwoorden die we kregen waren eenzijdig. We spraken er nauwelijks met normale inwoners, maar met ministers, het leger en bijvoorbeeld NGO’s. We werden continue gefilmd, waarbij wij ons dikwijls afvroegen of dit echt voor hun plaatselijke media was, of ook een zekere controle op wat wij deden.

Tevens is de situatie uitzichtloos: ze zijn een minderheid, Europa staat grotendeels aan de kant van Marokko (wegens economische voordelen en afspraken over migratie) en er wonen meer Marokkanen in de Westelijke Sahara dan Sahrawi: de gecompliceerdheid van settlements zoals je ook ziet in het geval van Israël-Palestina. In 1991 was beloofd dat er een referendum zou komen, maar deze heeft nooit plaatsgevonden. Men is er nooit uitgekomen wie er stemrecht zou hebben: mogen enkel de Sahrawi stemmen of ook de Marokkanen die in de bezette gebieden wonen?

Op het moment heb ik nog steeds contact met organisaties in Nederland die zich inzetten voor dit vergeten conflict. Het is een zwaar onderbelicht onderwerp waar we als DWARS zeker eens iets mee moeten doen. Tot nog toe hebben we voornamelijk bericht over het onderwerp via Facebook.

Hamburg
Er lijkt mij geen goede overgang van een reis over conflict naar de gezellige ‘reis’ naar Hamburg. Met 28 DWARSers bezochten we onze buren en samen met Jade en Omied hadden we een uitgebreid programma neergezet.

Vantevoren maakte ik me enige zorgen over vier dagen rondstruinen met een groep springerige DWARSers, maar tijdens de reis bleek het enige dat me wat zenuwachtig maakte de lengte van de activiteiten (stilstaan is vermoeiend). Jullie zijn immers bijzonder braaf en hebben jullie overdag goed gedragen. Met de nadruk op overdag. Dank voor het gebrek aan nachtrust, en voor onderstaand nummer.

Hoe het is om zo’n reis te organiseren? Daar kom je het beste achter door volgend jaar onze nieuwe Internationaal Secretaris Rosanne te helpen!

Liverpool en Madrid
En dan hebben we Liverpool en Madrid nog. In Liverpool was het Global Young Greens congres en in Madrid de General Assembly (GA) van FYEG. Het is geweldig om met zoveel jonge groenen van over de hele wereld te spreken, maar ik kan je ook vertellen dat het grootste deel van je tijd zit in amendementen op Huishoudelijke Reglementen of in het geval van de GA in Madrid: de resolutie over Israël-Palestina. Van vroeg in de ochtend tot laat in de avond is een vol programma. De minder belangrijke onderdelen hiervan en de pauzes gebruik je voor lobbywerk of stoom afblazen.

Ik had het geluk dat bij beiden mijn voorganger Frank aanwezig was die ons (in Liverpool waren Willemijn en Veerle er ook en in Madrid Noortje) kon voorzien van tips en tricks. In Madrid was het geweldig om te zien hoe Noortje van alles genoot.

De activiteiten van de FYEG zijn erg verschillend van de onze en met name diversiteit wordt anders behandeld, zoals met quota en het voor het congres bespreken waar het presidium op moet letten. Het is fijn om na een jaar eindelijk ook een van je bestuursgenoten te laten zien waar je eigenlijk hebt rondgehangen. Vooral als zij dan vervolgens verliefd wordt op de FYEG en niet meer weg te krijgen is.

Nederland!
Een van de gekke dingen bij deze reizen is dat je de mensen die je ontmoet vaak vooraf al een tijd hebt gesproken, het idee hebt dat je elkaar al kent, maar je dán pas elkaar voor het eerst ontmoet. Mijn taalgebruik verslechterde met de dag (Nederlands en Engels door elkaar gebruiken is verwarrend) en Europa voelt een stuk kleiner dan het in eerste instantie voor me was. Het is me wat, dat reizen. Het geeft je zoveel inzichten: niet door de plekken, maar door de verschillende mensen die je ontmoet. Maar je wordt er ook doodmoe van.

Laat mij maar lekker in Nederland de komende zomer (oké dat is niet waar, ik ga ook heerlijk naar Duitsland). Het is wel even genoeg geweest. Daarnaast heb ik nog een flinke hoeveelheid uitstoot te compenseren. De uitdaging ligt echter niet tijdens de reizen, maar erna: hoe kan je wat je als individu hebt geleerd op zo’n plek nou omzetten in iets dat voor alle DWARSers nuttig is?

We hebben inmiddels een geweldig netwerk van jonge groenen over de hele wereld, dus ik roep jou als lezer op om mij of de nieuwe internationaal secretaris te contacteren en ook op reis te gaan! Dit kan digitaal, als je toch al ergens op vakantie bent óf door iets te organiseren: contact met onze zusterorganisaties is ontzettend waardevol en ook bijzonder gezellig. Ik kan het iedereen aanbevelen.

Een allerlaatste tip. Er is een Facebookgroep voor couchsurfen bij andere jonge groenen!

Dit artikel is deel van de OverDWARS Reistijd.