Wat weten we van de bibliotheek? En waarom zijn er openbare bibliotheken? ‘Lijkt mij duidelijk, om boeken te lenen’, zou je zeggen. Natuurlijk is een bibliotheek meer dan dat. Naar mijn idee is het een plek waar iedereen kan zijn wie hij wil zijn, leergierigheid de toon zet en waar het centrum van onze kennis gelegen is.

Nu zijn er politieke beleidsmakers die minder waarde lijken te hechten aan het nut van openbare bibliotheken. In de loop van de jaren zijn zij dan ook steeds meer het slachtoffer van schrijnende bezuinigingen, zo meldt een rapport van de Koninklijke Bibliotheek in 2015. Volgens dit rapport zou de gemiddelde gemeentelijke subsidie per bibliotheek in de periode 2013-2014 met 2,4% afgenomen zijn.

Wat zegt dit percentage? Niet zoveel. Wat is 2,4% meer dan een abstract gegeven? Maar als je je realiseert dat die 2,4% minder subsidie misschien net niet genoeg blijkt voor die ene faciliteit waar een aanzienlijk aantal mensen behoefte aan heeft, denk je wel anders. Het gevolg was dan ook niet mis: de sluiting van driehonderd bibliotheken in de afgelopen tien jaar.

Dat baart zorgen. Zeker nu de laaggeletterdheid in Nederland nog op een (te) hoog peil gelegen is, is deze situatie moeilijk te begrijpen. Uit cijfers van het verslag ‘Feiten & cijfers geletterdheid’ blijkt dat 1 op de 9 Nederlanders als ‘laaggeletterd’ (ik zeg: ‘mindergeletterd’) bestempeld wordt. Het is lastig voor te stellen dat sommige Nederlanders zo veel moeite hebben met lezen en schrijven, dat ze nog geen juiste zin kunnen construeren.

Terwijl taal de enige mogelijkheid is tot communicatie, en een degelijke communicatie de individuele kansen bevordert. Deze kansen zijn nodig om achterstanden te voorkomen, en de sociale kloof zo veel mogelijk te dichten. Zodat ook zij de kansen krijgen die andere Nederlanders genieten. En ze niet dag in, dag uit geconfronteerd worden met de gênante constatering de moedertaal niet goed te kennen.

1 op de 9 Nederlanders is laaggeletterd

Door een actief beleid verschaft de bibliotheek ruimte voor meer aandacht voor het onderwijzen van mindergeletterde personen. De bibliotheek biedt daarnaast de mogelijkheid om allerlei mensen de wereld van het boek te leren kennen, en hun levens te verrijken met wat boeken hun te bieden heeft. Zodat ze niet alleen beter worden in de taal, maar ook de wonderlijke wereld ontdekken van de roman, of hun kennis uitbreiden door het lezen van non-fictie. Het is daarom een plek voor fantasie en ontwikkeling, verwondering en bewustwording, laagdrempeligheid en complexiteit. De mogelijkheden zijn in dezen dan ook eindeloos. Wie eenmaal de bibliotheek betreedt, wordt toegelaten tot een wereld waar alles nog mogelijk is, en niets vaststaat.

Ik kom eerlijk gezegd niet zo vaak in de bibliotheek. Mijn bibliotheek is thuis. Maar voor veel mensen kan het een uitweg uit hun dagelijkse moeilijkheden bieden. Zeker voor mensen die hun huis niet als ‘thuis’ ervaren, of voor mensen die hun eenzaamheid proberen te ontvluchten, voorziet de bibliotheek in een broodnodige behoefte. Maar voor alle mensen kan het een uitvlucht bieden uit de waan van de dag. Een bibliotheek verschaft daarom niet alleen een enorm aanbod aan boeken, maar heeft ook een zorgende taak voor burgers, die zeer serieus wordt genomen.

Vooral buurtbibliotheken moesten het ontgelden in de bezuinigingsdrang. Logischerwijs heeft de buurtbibliotheek op de hoek een hele andere werking binnen de leefwereld van een individu, dan een grote bibliotheek midden in de stad. Niet alleen wordt een centrale bibliotheek een stuk minder toegankelijk – minder validen of ouderen kunnen haar lastiger bereiken – ook is er het ‘probleem van de massa’. Namelijk, dat men sneller verdwaalt in een grote groep bezoekers, dan een kleine, hechte gemeenschap waar de nadruk op de relaties tussen elkander veel groter kan zijn.

Maar ik zie niet alleen letterkundig nut in de bibliotheek. Wanneer ik voet zet in een bibliotheek, zie ik mensen die ik nooit ergens anders zou zien. Ik neem een sfeer van culturele diversiteit waar, die een natuurgetrouwe afspiegeling geeft van onze samenleving. Het is waar cultuur verder reikt dan de straat verderop, en waar culturen samenkomen om kennis te vernemen, maar ook te verspreiden. Zodat ze samen verder komen.

In een bibliotheek is iedereen gelijk

Het is ook een plek waar ongelijkheid een kleinere rol lijkt te spelen dan waar dan ook. Iedereen heeft gelijke kansen in de wereld van het boek en probeert die zo veel mogelijk te benutten. De bibliotheek als ‘neutraal gebied’ is wat haar het beste kenmerkt: niemand is anders, want iedereen heeft dezelfde drijfveer van willen weten. In de menselijke leergierigheid bestaan namelijk geen verschillen.

Er lijken tot nog toe echter weinig tekenen van verbetering te zijn. Maar er is hoop. In januari 2014 publiceerde de Koninklijke Bibliotheek een toekomstschets van de bibliotheek in 2025, getiteld ‘Bibliotheek van de toekomst’. De voornemens zijn veelbelovend. Maar wordt deze koers ook daadwerkelijk doorgezet? Of is het een van de vele beloftes die adviesorganen verkondigen, maar vervolgens gewoon ongeroerd laten?

Mijn scepsis bleek bevestigd. Als ik nu nog artikelen lees met koppen als ‘Kinderen met taalachterstand dupe van bezuiniging op bibliotheek Heemskerk’ word ik geconfronteerd met wat voor probleem het nog werkelijk is. Er kunnen wel plannen worden gemaakt, maar ze moeten ook worden uitgevoerd. Ik denk daarom dat het volgende gezegde het beeld beter schetst: makkelijker gezegd dan gedaan. De vitale functie van de bibliotheek wordt erkend, maar toch wordt de bibliotheek in haar omvang verkleind, en uitgehold. Om vervolgens de bibliotheek te belasten met zwaardere eisen, die dan weer de werkdruk verhogen, en de bibliotheek in haar functionaliteit doet verminderen.

Eigenlijk is het geen wonder dat de bibliotheek een van de zwaarst getroffenen is van de bezuinigingen. Naar mijn idee is zij ook zwaarder getroffen dan andere sectoren. Een beleidsmaatregel die ik wijt aan de liberale stemming van het huidige overheidsbeleid, waarin de bibliotheek niet behoort tot de kerntaken waar de overheid zich mee zou moeten bemoeien. Terwijl de subsidieverlening aan openbare bibliotheken juist een rendabele investering pur sang is. Kennis en verbondenheid zijn namelijk zo veel meer dan geld ons ooit zou kunnen bieden. En het steevast doorzetten van bezuinigingen totdat bibliotheken zelfs de deuren moeten sluiten, is iets wat ik noem: onbegrijpelijk, maar waar.

“Kennis is macht”

Scientia potentia est, oftewel kennis is macht, schreef Francis Bacon in 1597. En deze karakteristieke leuze geldt nog altijd. Men wordt doordat hij weet. De kansen van het individu zijn het resultaat van de kennis die hij bezit. En waar anders ligt de bron van kennis bewaard dan in de bibliotheek? Daar waar boeken zijn, is kennis. En waar kennis is, zijn mensen. Kennis bindt mensen, omdat er een raakvlak gevonden wordt waar alles en iedereen op gelijke voet worden gesteld. Namelijk, de overeenkomst dat iedereen wil weten en kansen wil ontwikkelen. Dit zorgt niet alleen voor een hogere geletterdheid, ook vormt het een prikkel voor meer verbondenheid. Juist nu, in deze tijd van sociale verbrokkeling en een hoog oplopende spanning tussen verschillende etnische bevolkingsgroepen, biedt de bibliotheek de onmisbare behoefte aan verbondenheid en kansen. Als dat geen winstgevende investering is, weet ik het ook niet meer.